dinsdag 24 april 2018

Mijn moestuin in april

Soms kan ik me een tijd bezig houden met een vrij onzinnige vraag. Zo'n beruchte 'wat als.... ' vraag.  Ik was er als kind al keigoed in. "Wat zul je kiezen als je de keuze hebt tussen blind of doof-zijn"?  Elk nieuw seizoen komt als vanzelf lijkt het, de 'onzinnige' vraag in me op welk seizoen ik nu het allerfijnst vind. En hoewel ik die vraag jarenlang netjes pareerde met het 'juiste' antwoord: "alle seizoenen hebben iets moois, ze zijn allemaal even fijn!" ga ik nu voor een ander antwoord. Na een lange winter met strenge vrieskou in februari en maart, vind ik dat er niets mooiers is dan alles te zien ontwaken in de natuur.
De bloesems bloeien,
de kruiden groeien,
de vogels fluiten,
de was hangt buiten......
Allemaal lekker cliché, maar hé.... ik geniet ervan. Het is lente!
Heerlijk weer om in de tuin te werken en om buiten te zijn.
Kijk je mee wat ik zoal heb gedaan?
De aftrap is deze keer voor de schooltuinlessen. Want we zijn weer begonnen! Met nieuwe enthousiaste kinderen uit groep 5 .......  Daar word ik zelf ook enthousiast van.
De schooltuinlessen geef ik op locatie, oftewel op de basisschool van mijn kinderen.
Het groene, open schoolplein heeft in het hart een klein, afgesloten deel met verhoogde bakken.
Dát is de plek voor de schooltuinen van groep 5.
De kinderen werken dit jaar per drietal in één bak en zijn verantwoordelijk voor hun gezamenlijke tuintje.
Het zou mooier zijn als er nog meer tuintjes zijn, maar zó  kan het ook!
Ze hebben hun eigen gereedschap, één oranje bak per tuintje om het onkruid in te doen en krijgen allemaal hun eigen plantjes.
De schooltuintjes liggen er weer zwart bij.
Met houten stokjes (gewoon saté prikkers) laat ik de kinderen aangeven waar wat gezaaid is.
Op deze foto zie je al 'molshopen' met een prikker erbij. Dat is voor de aardappel. Ieder kind heeft zijn eigen aardappel gepoot.  Vlak naast de aardappel heb ik plantuitjes laten zetten. Dit jaar zijn dit gele (de 'gewone') en witte uien. Ieder kind heeft een eigen rijtje met vier uitjes.
Inmiddels -mijn blog is wat verlaat- staat er al meer groen in en is er ook radijs en wortel gezaaid.

Binnen hebben de kinderen ook plantjes gezaaid. Sla en andijvie staan gewoon midden op hun tafelgroepje en kunnen ze elke dag bekijken en verzorgen. Het is nog erg onwerkelijk dat er uit zo'n superklein zaadje een grote krop kan groeien.

Wonderlijk, toch?
Met veel enthousiasme wordt er gewerkt en dat er heel wat grond gemorst wordt, vindt juf gelukkig geen probleem.
En..... de kinderen gaan meedoen met de zonnebloemwedstrijd.
Dit idee is werkelijk al heel oud, maar tijdloos leuk!
Ze krijgen een potje, een geperst blokje grond en een zaadje mee naar huis. 
Thuis mogen ze dit zaaien, ervoor zorgen en eind van de zomer maken ze een foto van hun eigen mooie zonnebloem. Met een centimeter of meetlat meten ze hoe hoog de zonnebloem gegroeid is.
Ik ben benieuwd hoeveel zonnebloemen er op gaan komen.

Wát is het belangrijk dat kinderen leren dat hun eten niet zomaar uit de winkel of uit de fabriek komt.
Maar dat er moeite voor moet worden gedaan. Dat het tijd kost, veel tijd.
Ik ben bevoorrecht dat ik deze leuke lessen aan kinderen mag geven.

Vorige week was de wapperende was aan mijn lijn hét onderwerp van gesprek bij ons in huis.....

Het werd hoog tijd om de vorstbestendige jute (Sint)zakken te verwijderen. Die had ik om mijn laurier- en olijvenboompje gewikkeld en....... ze hebben de vorst overleefd!

Niet snel daarna kon ik lekker buiten zitten met een kopje verse thee............

De munt laat nog even op zich wachten. Ze komt vanzelf wel boven.
Maar een glas Cola-thee smaakt ook!
Van het colakruid.
Als ik buiten een kopje thee drink, komt er steevast een bijtje op af om even mee te drinken.
Is het die zoetige lucht of hebben ze gewoon dorst??


Er zijn bloesems genoeg in het voorjaar. Deze zijn van mijn pruimenboom. Prachtig!
Appelbomen hebben trouwens roze bloesems.

En kijk deze ingetogen, roze bloemtrosjes van de zwarte bessenstruik eens.......
Ze zitten vol nectar en stuifmeel voor mijn bijtjes.....

Waar ik in mijn vorige blog vertelde over de samenwerking tussen kip en mens in de moestuin, 
is het nu de bij en mij. De bijen zijn uit hun winterrust en volop actief.
Vervolgens is er straks een rijke vruchtenoogst voor mij. Bijtjes blij, ik blij!

Met mijn project tuinboon gaat het goed.
 Ik heb het nog even in stapjes gefotografeerd.







Wat kan ik blij worden van zaad dat ontkiemt, van plantjes die boven de grond komen en groeien. Wat een wonder, elke lente weer opnieuw!
Toen ze groot genoeg waren,  


mochten ze verhuizen.

En dat was wel nodig ook, zoals je hier ziet!
Het handige met krantenpapierpotjes is dat de wortels er zo doorheen groeien.
Je kunt ze dan ook met papier en al in de grond zetten.
Maar je kunt het papier er ook voorzichtig afscheuren.
Groeien in de volle grond is de vrijheid voor de plantjes........


Maar voor sommigen betekent het een voortijdig einde. Ze dienen als voedsel voor vogels of slakken.
De meesten zullen uiteindelijk
vrucht dragen, hoop ik.
Deze prachtige bloemen fotografeerde ik een paar jaar terug.
Meer hierover komt nog, evenals lekkere tuinboonrecepten ;)

Waar ik erg nieuwsgierig naar ben, is mijn nieuwe project: tarwe!
Dit kom je vrijwel niet tegen op een moestuin, maar omdat ik vorig jaar een zakje zomertarwe van de molenaar-himself heb gekregen, ga ik dit experiment aan!
Wist je dat de opbrengst van vier(!) vierkante meter tarwe voldoende is voor één brood?! 
Weet je wat? Ik bak er appeltaart van......

 Ik weet niet hoe het komt, maar mijn gedachten gingen als vanzelf naar een oud verhaal. Het verhaal dat Jezus vertelde over de Zaaier die graan zaaide. Dit zaad kan op vier plekken terecht komen.
Hoewel ik breedwerpig zaaide, heb ik, voor zover ik weet, alles in goed bewerkte, vruchtbare grond gezaaid.

De foto's heb ik in scene gezet om het verhaal uit te beelden.
Want het zaad kan ook op de weg vallen, waar het vertrapt wordt of door de vogels wordt weggepikt.
Een ander deel van het zaad kan tussen stenen of in rotsachtige grond vallen. Het zal geen vruchten gaan dragen, want de wortels kunnen  niet krachtig groeien. Ook kan een deel van het zaad tussen het onkruid vallen. Dat zou bij mij ook wel eens kunnen gebeuren. Natuurlijk verstikt het sneller-groeiende onkruid het goede zaad. Zaad wat in de goede grond valt, zal vrucht dragen.
Een mooi verhaal, passend in de toenmalige agrarische samenleving. Voor mij met een moestuin geeft het echter ook veel herkenning. Ik ga niet het hele verhaal uitleggen, je kunt het nalezen in de Bijbel in Mattheus 13. Het onkruid echter staat symbool voor zorgen en bezorgdheid. Dit verstikt het goede zaad, het groeit steeds harder als je het niet met wortel en al uitroeit. Zorgen in je leven, daar moet je ook rigoureus mee afrekenen.
Zó leer ik in de moestuin veel meer dan alleen plantjes verzorgen en oogsten;)
Tijd voor mooie, roze rabarberstengels.
Vandaag ben ik er lekker mee aan het bakken gegaan.
Er staan al meerdere rabarberrecepten op mijn blog. Klik hier en hier en hier maar eens voor echte toppers.
Vandaag maakte ik echter muffins en een rabarberjalousie. Mmmmm
Een echt voorjaarskruid, wat graag in de schaduw groeit, maar nu even voor het voetlicht mag, is daslook. 
Een heel gezond kruid wat prima past bij een reinigingskuur in het voorjaar.
Wat een verrassing dat het ondanks alles weer opkomt.


Ik garneerde er een bord lekkere,  coole komkommersoep  mee.
De soep had ik vorig jaar met verse komkommers gemaakt en ingevroren. Het smaakt me dit voorjaar nog prima.
De vriezer is bijna leeggegeten, het is bijna tijd voor een nieuwe oogst.
Nog heel even.......

 

vrijdag 20 april 2018

Sangria zelfgemaakt

Met deze heerlijk zomerse temperaturen èn met een heleboel flessen zelfgemaakte wijn die niet echt 'te zuipen'  zijn, is het tijd voor zelfgemaakte sangria!
En deze keer is 't ie goed gelukt èn schreef ik gelijk het recept op. Wel zo slim, want achteraf (na een liter sangria opgedronken te hebben) lukt dat wat moeilijker.

Ach, mijn zelfgemaakte wijn.... ik probeer nu al drie jaar zelf wijn te maken, maar om het zó te drinken is niet bepaald een genoegen.
De smaak: erg droog en ook wel zuur of wrang... dat zijn beschrijvingen die mijn zelfgemaakte wijn typeren.
Maar dat betekent niet dat ik het niet niet blijf proberen. Zeker als ik zoveel druiven krijg aangeboden. Er niks mee doen, is immers zonde!
En in de tussentijd gebruik ik mijn wijn om mee te koken: een scheut door de risotto, als smaakmaker in saus, etc. En in de winter maak ik er glühwein van, in de zomer dus Sangria.

Heerlijke, zoete Sangria.
Het doet me terug verlangen naar onze huwelijksreis.  Tig jaar geleden op de Canarische eilanden..... we aten elke avond Paëlla en dronken liters Sangria....

Nu is Sangria makkelijk en goedkoop te verkrijgen in elke supermarkt.  Maar zelf maken is toch veel leuker.
En met mijn sulfietvrije wijn, weet ik precies wat ik drink.
Ik heb alleen wat meer suiker toegevoegd bij mijn zure wijn.
Hier volgt mijn Sangria recept.
Probeer gerust wat uit en de wijn die je gebruikt? Dat maakt niet zoveel uit...... 

Sangria

Ingrediënten:
  • 8 dl droge, lichte rode wijn
  • 1/2 dl rum
  • 100 g witte basterdsuiker
  • 3 dl sodawater of spa rood
  • 1 sinaasappel
  • diepvriesframbozen
  • kwart appel
  • ijsblokjes
Hoe maak ik het klaar:
Doe de wijn in een grote karaf. Voeg de rum toe en los er de suiker in op. Gebruik je een goede, volle wijn, begin dan met de helft van de suiker toe te voegen. Waarschijnlijk is dat zoet genoeg.
Boen de sinaasappel goed schoon en snijd heel dun de schil eraf. Voeg de sinaasappelschil toe, snijd de sinaasappel in plakken en doe deze ook bij de sangria. Ik voegde nog wat framboosjes toe. Kwam ik tegen in een diepvrieslade en was ik eigenlijk helemaal vergeten. Heerlijk voor in de sangria: koel en zoet tegelijk!
Zet de karaf in de koelkast voor minimaal één uur.
Voeg vlak voor het serveren zo'n vijf tot zes ijsblokjes toe en meng het sodawater of bubbelwater toe.
Ik vond dit een heerlijke sangria en kwam helemaal in een zomerse, lome stemming.


Ik maakte er heel veel tapas hapjes bij......  heerlijk!
Een avondvullend genoegen.



zaterdag 7 april 2018

Bananenmuffins

Elk moment van de dag is een  goed moment voor een muffin!!
Deze bananenmuffins hebben geen excuus nodig. Ze zijn lekker zoet, oogstrelend mooi en snel klaar.


Ik maakte ze voor mijn birthdayparty deze week en ze vielen in de smaak!
En jij kunt ze nu ook maken met dit easy peasy recept!

Bananenmuffins

                 voor 12 - 15 stuks
Ingrediënten:
  • 150 g volkoren meel
  • 90 g bloem
  • 10 g wijnsteenbakpoeder
  • snuf gemalen zeezout
  • 90 g havermout
  • 180 g witte basterdsuiker
  • 60 g boter
  • 2 dl sojamelk
  • 2 eieren
  • 2 middelgrote bananen
           voor de topping:
  • 125 g roomkaas
  • 2 el poedersuiker
  • 2 tl citroensap
  • biologische bananenchips
Hoe maak ik het klaar:
Verwarm de oven voor op 190 graden. Het is een snel-klaar recept. Vet een muffinbakblik voor 12 tot 15 muffins in met boter of zonnebloemolie. Doe het meel, de bloem, het zout en de wijnsteenbakpoeder in een kom. Roer de havermout en de suiker erdoorheen. Maak een kuiltje in het midden.
Smelt de boter in een kleine pan. Prak de bananen fijn en klop de eieren los.  Meng de gesmolten boter, de sojamelk, de eieren en de fijngeprakte banaan door elkaar. 

Schenk dit mengsel in het kuiltje van het meelmengsel.
Schep het beslag kort door met een lepel. Het beslag moet klonterig blijven.
Verdeel het beslag over de muffinvormpjes, iets onder de rand.
Bak de muffins in ongeveer 25 minuten goudbruin.

Laat ze op een rooster afkoelen.
Maak ondertussen de topping.
Vermeng de roomkaas met het citroensap en de poedersuiker.
Roer goed door tot je een glad en romig mengsel hebt gekregen.
Lepel dit op de muffins.
Steek in elk kloddertje room één of twee plakjes gedroogde bananenchips.

Een heerlijke, snel-klaar muffin is het resultaat.
Enjoy it!!

dinsdag 3 april 2018

Surinaamse roti vegan

Is het de charme van de roti die op een  pannenkoek lijkt, de exotisch geurende specerijen of  het feit dat je roti gewoon met je handen eet? Ik krijg er geen eenduidig antwoord op,

maar inmiddels staat roti al jaren in de top 3 van favoriete gerechten bij ons thuis!
En natuurlijk eten we roti vegetarisch; vegan is het als je ook het gekookte ei weglaat!
Ik maakte deze week voor het eerst het specerijenmengsel zelf. Ik verwerkte de allerlaatste (ingevroren) kousenband en sperziebonen uit de moestuin, in dit gerecht. Ook de selderij, die ik in blokjes heb ingevroren, komt bij deze maaltijd prima van pas!
Ik koop lekkere, verse roti's bij de toko om de hoek. Wees hier kieskeurig in.

Je hebt twee soorten: roti met gele erwtenvulling (mijn favoriet) of roti met aardappelvulling (die kruimelt  minder).
Toen ik een nichtje van Surinaamse komaf in de familie had, maakte zij eens roti's klaar voor een groot feest. Ze had er   -tig klaargemaakt (ook een voorraad voor in de vriezer) en was er drie dagen mee bezig geweest. Daar ga ik me voorlopig nog niet aan wagen.
Verder is deze maaltijd eenvoudig klaar te maken, hoewel de ingrediëntenlijst langer is dan ooit!

Dit is zoals ik roti klaarmaak.

Surinaamse roti vegan

                voor 6 à 7 roti's/personen

 Ingrediënten:
            voor de roti-specerijenmix
  • 3 el kerrie (Surinaamse)
  • 2 tl gerookt paprikapoeder
  • 1 el knoflookpoeder
  • 2 tl gemalen komijn
  • 2 tl zeezout
  • 1 tl zwarte peper
  • 1/2 tl mosterdpoeder
  • 1 tl gemberpoeder
             voor de inhoud
  • 4 uien
  • olijfolie
  • 700 g aardappelen
  • 500 g sperziebonen of kousenband
  • 450 g tofu
  • 1 bos verse selderij of diepvriesselderij
                  nog meer
  • 6 roti-pannenkoeken
  • sambal (naar smaak) 
  • 4 hapjespannen of braadpannen met deksel
  • voor de niet-vegans een gekookt ei per persoon
Hoe maak ik het klaar:
Maak eerst de specerijenmix klaar.

Doe dit door alle gemalen specerijen door elkaar te mengen met een lepel. Mixen is niet nodig. Deze hoeveelheid is precies genoeg voor dit recept.
Je hebt bij de betere supermarkt ook een potje mix voor roti van Swiet Moffo. Maar naast de door mij gebruikte specerijen zit er ook dextrose en glucose (suikers) in, plus drie E-nummers om te conserveren en een antiklontermiddel.
Wat ben ik blij dat ik dit zelf kan maken, ik weet nu precies wat er in gaat!
Natuurlijk kun je ook meer maken en de specerijenmix luchtdicht afgesloten bewaren voor een volgende keer.

Schil de aardappelen en snijd ze in blokjes. Maak de kousenband of sperziebonen schoon, haal de puntjes eraf en snijd ze in stukjes van ongeveer 2 cm. Snijd de tofu in kleine blokjes.
Pel de uien en snipper ze fijn.
Zet drie pannen op het vuur en doe in elke pan 2 el olijfolie. Verdeel de gesnipperde ui over de pannen en bak de ui zacht een paar minuten aan.

Doe in een wat hogere pan met deksel de aardappelblokjes. Doe in een andere pan de stukjes sperzieboon en bij de kleinste pan voeg je de blokjes tofu toe.
Schep in elke pan ongeveer twee eetlepels van de zelfgemaakte roti-specerijenmix.
Bak even aan en voeg dan bij de aardappels en boontjes ongeveer 1 dl water toe. Leg het deksel op de pan en laat de groenten zacht gaar smoren.

Voeg geen water toe bij de tofu en bak deze op hoog vuur totdat het wat knapperig wordt.
Gebruik je verse selderij, was en snipper deze dan fijn en doe in elke pan één tot anderhalve eetlepel.
Diepvriesselderij kan je dus ook gebruiken.
Na ongeveer 15 minuten warm je in een droge koekenpan de roti's op. Gebruik het liefst een deksel. Warm de roti's ongeveer 45 seconden per kant.
Je kunt ook een magnetron gebruiken. (Die ik echter niet heb!)
 
Leg de warme roti, opgevouwen zodat de warmte bewaard blijft, op een bord.
Leg er schepjes vulling bij.
De bedoeling is niet dat je de vulling in de roti gaat scheppen en de roti oprolt. Het is géén tortilla!
Je scheurt met je vingers stukjes roti los en gebruikt dit als een soort opscheplepel om de vulling mee naar je mond te brengen. 
Vervolgens eet je het gelijktijdig op.
Geef er sambal bij voor wat extra pit.
Mijn zelfgemaakte sambal is heel erg hot, maar dat past wel bij Surinaamse roti's.
Heb je er geen moeite mee, serveer er dan een gekookt ei bij.
Sommigen bij ons thuis hoeven geen ei, anderen weer wel. 
Ik maakte de overgebleven, beschilderde paaseieren op bij deze roti-maaltijd.
Maar voel je vooral vrij!

En eet blij!
Denk erom: gebruik vooral geen bestek!
Eet smakelijk!
Hoe eet jij roti het liefst?