zondag 30 april 2017

Rabarbercello

Ik oogstte de eerste knalrode en zachtroze stengels rabarber die weelderig in mijn tuin groeien.  Heerlijk!
Als variant op limoncello kun je rabarbercello maken. En dat maakte ik vandaag van mijn eerste oogst!


Zoals alle likeuren moet ook deze cello enkele weken tot maanden trekken, dus er kan maar beter alvast een fles in de maak staan op m'n verder steeds leger wordende kelderplanken.
Van de winter dronk ik deze rabarbercello met kaneel; heerlijk on the rocks. Niet alleen de zachtroze kleur drinkt mooi weg, ik vond het erg lekker.

Heb je (nog) geen rabarber in de tuin? Het is een sierlijke plant en misstaat niet in een sierborder bij je huis. Elk jaar komt rabarber vanzelf weer op. Gelukkig nu ook op de groenteafdeling te koop.

Naast deze lekkere cello, die heel simpel te maken is, kun je ook heerlijke taarten bakken met  rabarber. Daar ga ik deze week mee aan de slag.
Hier volgt de.......




Rabarbercello

Ingrediënten:
  • 750 g rabarber
  • 300 g witte suiker
  • 2 kaneelstokje
  • 7 dl wodka (of zoveel tot de rabarber onder staat)


Hoe maak ik het klaar:
Neem de rabarber, was ze schoon  en snijd ze in stukken.

Zorg voor een schone, grote pot van ongeveer 1,5 tot 2 liter.
Doe de rabarber in deze pot.
Voeg de suiker en de kaneelstokjes toe.
Schenk de wodka erbij.
Ik gebruikte 0,7 liter, je kunt ook schenken tot alle rabarberstukjes onder staan.

Dek de pot af en zet deze op een donkere plek.
Door het donker, blijft de kleur goed behouden.
Hier op mijn vrijwel lege kelderplank, staat 'ie goed.
Laat de rabarbercello zes weken trekken, tot de suiker is opgelost in het drankje.
Zeef de drank, die nu lichtroze is geworden. Gooi de kaneelstokjes weg, bewaar de rabarberstukjes voor in een taart of cake, bijvoorbeeld deze lekkere rabarbertaart.
Schenk de likeur in een mooie karaf of fles.
 
Laat de rabarbercello nog drie maanden rusten, daarna is ze goed om te drinken.
Het is niet alleen leuk om zelf likeur te maken, maar je weet ook precies wat erin zit: geen kunstmatige toevoegingen dus.
Made in Holland.

Niet alleen lekker als ijskoud aperitief of digistief, maar rabarbercello leent zich er ook voor om te mixen in cocktails of mousserende wijnen.
Nog even geduld.......  en dan:

Proost!

 

vrijdag 28 april 2017

Het gras bij de buren......

Wat hebben we al veel geprobeerd om ons gazon een nét gazon te laten worden. Wat zèg ik.... nèt?
Ik bedoel: dat het er überhaupt als een gazon uit blijft zien.
En als we het dan hebben over het gras bij de buren, wordt het heel triest.

Want de groenstrook voor ons huis, is het vergelijkingsmateriaal. Dat is van de gemeente. Wordt tegenwoordig één keer per twee of drie weken gemaaid, er wordt elke dag een hondenhoop bij  gelegd, er zit wat onkruid in, er lopen mensen overheen, èn toch..... is het altijd groen! Mooi groen!
Hoewel ik er niet overheen durf te lopen vanwege die verwenste hondenhopen.....

Dat groen wil ik in de tuin ook.
Elk jaar is het aan het eind van de winter een zwarte boel, op de plek waar het gazon zou  moeten liggen. Elk jaar heb ik weer een discussie met mijn lief over kunstgras, betegelen of met houtsnippers bestrooien, waarbij ik voet bij stuk houd. Ik wil een ècht, groen gazon! Waarop je in de zomer lekker op je rug kan liggen om naar de wolken te staren.

Vorig jaar was het niet anders, eerder erger.
Zie hier het resultaat van een veel te natte winter..... waarbij er veel over het gras gelopen werd. Alle grond is platgetrapt en de grassprietjes hebben geen lucht om te groeien.....

Een goed gazon heeft onderhoud nodig. Maar om elke keer bij nul te moeten beginnen.......
Mijn lief geeft me de keuze: iets bedenken voor het gazon, zodat het nu eens blijvend goed gedaan wordt òf hij voert zijn 'snode plannen' uit.
Hoewel, daar is hij toch te lief voor. 
Voordat ik de kans kreeg om me te verdiepen in een gezond gazon, werd er al actie ondernomen.

Alles werd omgespit. Alles........ dat betekent: alle overgebleven, miezerige grassprietjes.
Het doel is om de bodem los te maken, zodat er lucht in de aarde komt.
En dit gebeurde vorig jaar eind maart,  begin april. Het voorjaar is hier de uitgelezen tijd voor.
De volgende stap is, om er turfmolm over of door te verdelen.
Een zachte, potgrondachtige laag, die de grond een luchtige structuur geeft.
Daarna hebben we graszaad gezaaid.
De kippen hebben een apart deel van het gazon gekregen. Daar hoeven we niets te zaaien, want kippen graven alles onder.

Gras heb je in vele soorten en met vele benamingen.
Een siergazon bestaat vaak uit een mengsel van gewoon struisgras en roodzwenkgras. Voor een speelgazon wordt vaak een mengsel van Engels raaigras en roodzwenkgras gebruikt. Soms wordt bij een speelgazon ook veldbeemdgras toegevoegd
Om het voor de consument makkelijk te maken kun je kiezen uit bijvoorbeeld een speelgazon, een schaduwgazon etc. 
Wij kozen voor beiden en hopen dat dit krachtig, sterk zaad is.

Natuurlijk kun je ook kiezen voor het leggen van graszoden, maar hoewel je gelijk een groen resultaat hebt, is dit een stuk prijziger. Ik vind het zelf meer iets om  randen waar graszaad niet (goed) groeit, te helpen.

Na het zaaien komt het wachten, wachten en nog eens wachten. Hebben we iets verkeerd gedaan? Zijn we iets vergeten??
Waarom duurt het zo lang ??
Gras wortelt ongeveer 10 cm diep en groeit onder invloed van daglicht, een goede bodem en natuurlijk regen.

Gelukkig, na zo'n zes weken komen daar de eerste sprietjes. Niemand durft over het gras te lopen,  iedereen gebruikt de handige staptegels. Niemand stapt er naast.....

En  begin juni kon ik voor het eerst maaien. Jippie!  
Dat is mijn favoriete klusje!  Het ruikt zó lekker! 
En ik ben niet de enige...... zo las ik laatst dat je een flesje met de geur van versgemaaid gras kunt kopen om het hele jaar van deze geur te genieten......

Afgelopen winter was het spannend..... blijft het gazon deze keer goed?
Je moet niet te kort voor de winter nog maaien, maar met die prachtige herfst, heb ik dat toch nog begin november gedaan.
Het kippenverblijf verhuisde in de herfst en het vrijgekomen stuk hebben we niet meer ingezaaid, maar met graszoden bedekt.
Nou, dat is een verschil: dat gras groeit veel dichter dan het gezaaide gras.
In ieder geval is het goed aangeslagen en dat geldt ook voor de rest van het gazon dat ingezaaid is.


Trouwens, gras heeft het best moeilijk in een gazon, hoor!
De bodem is vaak niet in orde: of te vast, of te droog, geen goede zuurgraad of te weinig meststoffen. Verder groeit er graag en makkelijk mos tussen het gras en als je dan net je kop boven het maaiveld wilt steken, word je pardoes gemaaid. Mag je weer niet hoger gaan.
Om nog maar niet te spreken over de uitdrukking 'onkruid' wat gelijk gebruikt wordt als je buiten de gebaande gazongrenzen wilt groeien. Tussen de tegels of in een moestuin....
Nee, gras heeft geen gemakkelijk leventje!
Maar mijn gazon ga ik vertroetelen......

Wat doe ik in het voorjaar?
  1. In het voorjaar begin je met verticuteren om de bodem luchtig te krijgen. Dit kan eenvoudig met een verticuteerhark. Hieraan zitten scherpe punten die de grond openwerken. Haal tegelijk jong onkruid eruit, dat gaat nu nog makkelijk, als het klein is.
  2. Door het verticuteren kunnen er kale plekken ontstaan. Zaai kale plekken in en kijk bij randen om bij te zaaien. Ook ontstaan kale plekken als er langer dan vier dagen een voorwerp op het gazon staat. Bijvoorbeeld een plantenpot of speelgoed.
  3. De bodem kan te zuur zijn oftewel geen goede Ph waarde hebben. Dit kun je meten met een Ph bodemtest. Je kunt organische kalk over het gazon verdelen. Als ik eieren gebruik, gooi ik tegenwoordig de eierschalen niet meer weg, maar was ze schoon, droog ze en mix ze fijn. Zo heb ik een potje kalkpoeder bij de hand. Gezond voor mens, dier en gazon.
  4. Voor de eerste keer bemest je in maart of april. Een goed gazon heeft gedurende het jaar wat extra voeding nodig. In speciale gazonmest zit alles wat gras nodig heeft. Omdat ik geen gras eet, hoeft het niet perse biologisch te zijn, wel graag organisch. Toen ik in verschillende winkels keek, was ik er snel van overtuigd dat ik 'vegetarische' mest wilde hebben. Huh? Ik zag één verpakking waar gemalen runderbeendermeel in zit........ dit gaat me te ver.
  5. Maaien! Bemest gras groeit harder, waardoor je vaker moet maaien. Je begint in het voorjaar om het gras zo'n 5 cm hoog te houden en vanaf mei kun je wekelijks maaien. Dat scheelt weer een flesje kopen met de geur van pasgemaaid gras.
In het voorjaar krijgt gras echt een groeispurt en groeit hard.
Verticuteren is best intensief voor je gazon, doe dat maar één keer per jaar. In plaats van in het voorjaar, kun je dit ook in het najaar doen.


Zaaien kun je doen zolang het gras groeit, dus dat kan zelfs tot oktober. Hopelijk groeit het in één keer goed.
Kalk toevoegen is optioneel en maar één keer per jaar nodig.
Bemesten mag drie keer per jaar. In het voorjaar is de eerste keer, dan mag het in juni/juli nog een keer en als laatste in de herfst: september/oktober.  Door het maaien verdwijnen er voedingsstoffen uit het gras. Door te mesten krijg je een mooi dicht, groen gazon.

Het maaien is een feestje! Het gras wordt afgesneden en dat stimuleert de groei van uitlopers, waardoor het gras dichter wordt. Maaien mag in de zomer wekelijks en soms zelfs twee keer per week. Onder de juiste omstandigheden groeit gras snel.
Maai altijd als het droog is, dat is beter voor het gras, omdat het anders in hoopjes blijft liggen.
Naast het gazon maaien, is het ook goed om de kanten bij te werken.
Met een speciale schaar, is dat makkelijk te doen.

Mijn gazon is niet zo groot, dus ik doe dat met de hand, op m'n knietjes.
Het gras mag je gerust na het maaien op het gazon laten liggen, als een mulchlaag.
Dit is  natuurlijke compost voor het gazon.
 
 

Maar gras is ook gezond en een lekkernij voor dieren.
Dus de cavia's krijgen af en toe wat.


En de kippen, die de kalk leveren voor het gazon,  zijn er dol op.
We verdelen het gewoon eerlijk.

Dit jaar heb ik al twee keer het gazon  kunnen maaien.
En raad eens..... het wordt steeds groener.
Wie weet, het is dadelijk nog groener dan het gras bij de buren.......

En deze zomer beloof ik mezelf dat ik af en toe op het gras ga liggen
- mijn eigen gazonnetje - om naar de wolken te staren.
Om olifanten, herten en monsters te zien,
maar vooral om het gras op mijn blote huid te voelen kriebelen
en de geur op te snuiven........

Heb  jij ook een gazon?
Geniet ervan!

maandag 24 april 2017

Eenpans bloemkoolpasta

Dit is een heerlijk bloemkoolgerecht wat je op één pit kunt klaar maken.


Onwillekeurig moet ik aan mijn eerste primitieve kampeerervaringen denken. De eerste jaren dat ik met mijn lief kampeerde was dit in een tweepersoonstentje met weinig spullen. Mijn keuken bestond uit één campinggasbrandertje, een koekenpan, een iets grotere pan, een schilmesje en wat lepels. En ondanks die primitiviteit kan ik me herinneren toch voedzame maaltijden te hebben gekookt. Hád ik dit recept toen maar gekend: lekker simpel, veel groente en alles past op één pitje.
De rijke kaassaus maak je au-bain marie klaar op de grote pan waarin je de bloemkool en de pasta tegelijk gaar kookt.
Het gerecht klinkt simpel en dat is het ook!
Maar het werd hier aan tafel met gejuich ontvangen, zelfs door de kinderen die niet van kaas houden.
Het is lekker snel klaar.
En uit mijn tuin presenteer ik met trots.........  de bloemkool


............... en het bosje selderij, wat ik op het allerlaatste moment uit mijn kruidentuintje pluk.



Eenpans bloemkoolpasta

              voor 4-5 personen

Ingrediënten:
  • 1/2 bloemkool
  • 500 volkoren fusilli
  • 300 g geraspte belegen kaas
  • 200 ml sojaroom (Alpro)
  • versgemalen nootmuskaat
  • versgemalen zeezout en zwarte peper
  • bosje verse selderij

Hoe maak ik het klaar:
Zet een grote pan met water op het vuur en breng aan de kook. Maak ondertussen de bloemkoolroosjes (ongeveer 400 - 500 g) schoon.
Als het water kookt, voeg je de pasta en de bloemkool toe.
Breng weer aan de kook. Ondertussen doe je de geraspte kaas in een schaal of kleine pan.


Vermeng dit met de sojaroom en hang het in de pan met pasta en bloemkool. Zet er een deksel op.
Als het geheel aan de kook komt, zet je het vuur lager. Roer regelmatig in de kaas, deze zal au-bain marie smelten tot een mooie, gladde, romige saus. Snijd ondertussen de selderij fijn.
Na 7 minuten giet je de bloemkoolroosjes en de pasta af.

Rasp wat nootmuskaat over de kaassaus. Roer ook de fijngesneden selderij erdoor.
Roer de saus door de bloemkool-pasta.
Voeg er aan tafel naar smaak zout en versgemalen peper aan toe.

Simpel, snel klaar en heel erg lekker!

  En..... hoewel het nu vakantie is, moet ik niet denken aan kamperen.
Wat is het buiten koud!
En dat hele primitieve kamperen ligt gelukkig ook in een ver verleden.
Maar af en toe supersnel en makkelijk koken, is niet verkeerd toch?!

Eet smakelijk!

zaterdag 22 april 2017

Mijn moestuin (april 1)

In april kun je de meeste groentes al in de vollegrond zaaien. Echt warmte-minnende gewassen of sommige wintergroentes mogen later. Sperziebonen en snijbonen, courgette, tomaten: die mogen pas na ijsheiligen de grond in. IJsheiligen is de periode van 11 - 15 mei. Daarna is de kans op nachtvorst vrijwel miniem. Veel groente zaai ik toch al voor en dat is de reden dat mijn vensterbanken bomvol staan met potjes, kweekbakken en dienbladen vol bakjes.

Gelukkig ben ik jarig in april en dat heeft zo z'n voordelen. Vlak voor mijn verjaardag zag ik een erg leuke tuingadget die ik wel wilde hebben: een potjesmaker!
Mijn lief, immer creatief en net als mij graag aan het besparen, maakte deze gadget zelf.
Ik deel het hier, dan kan iederéén hem maken (en 15 euro uitsparen!).
De bedoeling is om niet meer met bakjes, wc-rolletjes en eierdozen in de weer te gaan, maar je plantenpotjes gewoon zelf te rollen, wanneer je ze nodig hebt.
Jawel...... gewoon van een oude krant.

Dus dat kreeg ik voor mijn verjaardag: een oude krant!
Oh ja..... en een schoongemaakt blikje zonder bodem en -het houdt niet op-  een stuk bezemsteel.

Ha ha.... dit was niet het enige cadeau, hoor.
En ik was er best blij mee!
Ik zal uitleggen wat ik met deze drie losse attributen doe.
Neem een oude krant.
Ik wil nog steeds de 'nee-nee deursticker' bestellen, maar los daarvan, hebben we wekelijks kranten over van de krantenwijken die de oudste kids lopen.
Scheur een bladzijde van de krant, vouw dubbel of in drieën en wikkel strak om het blikje heen.


Zorg dat een derde deel uitsteekt.
Doe dit aan de scherpe, smalle kant van het blikje.
Vouw het uitstekende deel naar binnen toe, maak een scherpe vouw op de rand.
Gebruik nu de 'stamper' en maak simpelweg een bodem door de krant aan te stampen.
Et voilà: klaar is je potje!
C'est simple!




 
Ik was nog wat sceptisch bij het watergeven, maar werkelijk: het werkt!!
De krant is stevig genoeg als potje, de aarde absorbeert het water snel genoeg om niet het krantenpapier te doordrenken.
En hoe stop je het plantje straks in de grond?
Dit kan met krant en al, want het verteert na verloop van tijd vanzelf.
En hoe zit het met die drukinkt? Dat weet ik nog niet....... ga ik uitproberen!
Yes! Al die stapels potjes in de winter in de schuur, tot ergernis van mijn lief, dat is vanaf nu verleden tijd......

Hier staan de tomaten in bakjes op mijn vensterbank.

Deze foto is van begin april en inmiddels zijn ze al weer gegroeid.
Maar een plantje groeit niet door als 't ie niet genoeg ruimte krijgt.
Dan gaat de wortelgroei stilstaan en uit-ein-de-lijk zal het plantje het niet overleven.
Dus de volgende stap is het overplanten of verspenen.
Alle plantjes gaan in een grotere pot.

Ik zaai veel plantjes per twee stuks in een potje. Dan moeten de worteltjes voorzichtig van elkaar worden losgemaakt.
Hier bij de peultjes kun je heel goed zien, hoe de wortels te weinig ruimte hebben en toch door willen groeien.
Ze gaan door het potje heen, vervlechten zich met elkaar.....
Het is zaak om heel voorzichtig te werk te gaan. Een enkel worteltje kan wel gemist worden, maar dit kan de plant ook een groeiachterstand geven.

Dan moeten de plantjes gaan harden.
Zijn het plantjes die echt veel warmte nodig hebben, dan laat ik ze nog binnen staan.
Anders gaan ze in de kas, van de grond af.
Harden betekent langzaam laten wennen aan kou, dus dat is de eerste twee, drie dagen heen en weer slepen met potjes.
Want overdag gaan ze naar buiten, 's nachts weer naar binnen.
Na een paar dagen blijven ze ook 's nachts buiten staan (let hierbij op de nachttemperatuur!).
En dat is dat!



Omdat ik vorig jaar al een heel verhaal over peultjes heb geschreven, doe ik het nu kort aan de hand van deze foto's. Peultjes en doperwten kunnen goed tegen de kou en heb ik buiten in de kas voorgezaaid. Vanaf februarikunnen ze gerust buiten in de volle grond gezaaid worden.
Ik plantte de plantjes deze maand buiten en dat was wel nodig ook, voor de groei. Tussen elk plantje, zaaide ik tweemaal. Zo spreid ik de oogst wat.
Bij het zaaien maak ik graag gebruik van datgene wat ik bij me heb, om de plantafstand te meten. Dit leer ik de kinderen in de schooltuin ook. Je gaat natuurlijk niet met een centimeter erbij, de plantjes op de juiste onderlinge afstand zetten. Hier gebruik ik mijn hand. Rechtop is dit zo'n 10 cm afstand.
Soms gebruik ik een plantstokje of een schrepel...... net wat uitkomt en nodig is.
Waar peultjes niet tegen kunnen, is vogelvraat. En laten de vogels nu juist dol zijn op de tere blaadjes.
Peulen en doperwten zijn klimplanten. Ze hebben een hekwerk nodig om langs te groeien.
En daarnaast dus een vogelnet als bescherming.
Ik heb twee opstaande hekwerken en vier rijen peulen en doperwten gezet.
Een passend net was nog moeilijk te vinden. Uiteindelijk heb ik er twee gebruikt en is het mooi afgedekt.

Begin van dit jaar heb ik de frambozenstruiken rigoureus teruggesnoeid.
En met rigoureus bedoel ik ook echt rigoureus.
Gelukkig komen er nu weer heel voorzichtig en teer wat blaadjes groeien onderaan de takken.

Is natuurlijk altijd weer spannend......

Frambozen gaan woekeren tijdens het groeien, dus die lange stengels moeten geleid worden.
Vorig jaar miste ik wel wat oogst, doordat ik sommige framboosjes niet opmerkte of erbij kon om ze te plukken.
Een hekwerk is goed, maar een simpele draad waarlangs de ranken geleid kunnen worden, volstaat al.

Mijn zoon zou me wel even helpen.
Paaltjes waren snel gevonden en met een houten hamer konden die de grond in worden gemept.
Nou ja.... nog even een gat in het worteldoek maken, dan.

En dan simpelweg ijzerdraad van het ene paaltje naar het andere wikkelen.
En nu maar hopen dat ik niet te rigoureus heb gesnoeid en dat ik eind van de zomer,  fijn frambozen kan oogsten.

Over oogsten gesproken...... de tijd van groente in de supermarkt kopen, is alweer voorbij.
Het is geweldig en ik heb hier al een recept gedeeld, maar ik oogst dus......

bloemkool!!
Niet één, niet twee, maar vijf op een rij.
En dan te bedenken dat ik ze een paar weken geleden nog uit de grond wilde trekken.
Want er wilde maar niets groeien.
En nu opeens groeit het fantastisch!
Ik vind dat ik mezelf nu een 'goede' tuinder mag noemen. Dit is namelijk de eerste keer dat ik bloemkool kan oogsten. En ik vind het bijzonder.
Ik heb er veel geduld voor moeten hebben


..... en slakken en vogels moeten weghouden.
En zonlicht op de bloemkool zelf.
Dit laatste doe je als de bloemkool echt groeit door de bladeren van de kool eroverheen te spreiden.
Als zonlicht op de bloemkool komt, treedt het proces van fotosynthese in werking en wordt de bloemkool groen.
Het is gelukt!
Ik heb inmiddels vijf keer bloemkool gegeten en het verveelt niet, moet ik zeggen.
Eén keer als Hollandse curry met raita, een sneeuwwitte variant met mihoen, een keer met pasta en kaassaus, een keer met couscous en een keer met pasta, tomaat en mais. En mijn inspiratie is nog lang niet op.
Dus ik heb gelijk nieuwe bloemkoolplantjes geplant en ga er nog meer zaaien.
Heerlijk!

Verder oogst ik nog steeds rucola, spinazie en zevenblad.
Binnenkort ga ik weer brandnetelsoep maken.
En van mijn buurvrouw mag ik pastinaak helpen oogsten :).
Genoeg groentes en genoeg afwisseling.

En voor ik het weet is de eerste sla alweer klaar......
Omdat mijn kasje nog maagdelijk leeg stond, heb ik hier allerhande slaplantjes in gezet. Ze kunnen al prima buiten en ook tegen de kou, maar binnen groeit het nog wat sneller.
Van mijn broer die bij een kwekerij werkt, kreeg ik een heleboel slaplantjes.
IJsbergsla, eikenbladsla, friseé sla, lollo rosso..... er zijn vele soorten!
Dit kan alvast mooi groeien.

Bij het planten kwam ik nog een vreemd knolletje tegen.....
oh ja, mijn gemberwortel die ik had geplant.
De goede tijd om gemberwortel te planten zal dan toch februari zijn en niet in de herfst.....
experiment niet gelukt!
Over een experiment gesproken.......
de groene rups die door dochterlief werd verzorgd en in een potje gestopt, vormde een cocon.
En op een dag, toen niemand het in de gaten had, knabbelde ze een gat in de cocon, kroop naar buiten en was........

een nachtvlinder oftewel mot geworden!
Jammer dat ze geen prachtige kleuren heeft, maar toch een wonder!
We hebben haar maar vrijgelaten.  
Tot ziens!

De antiek-oude pruimenboom loopt uit: tere witte bloesems beloven voor straks weer  pruimen.
En ook de geënte appelboompjes  bloeien voor de eerste keer: met rozerode bloesem.
Prachtig!
Maar wat is het weer in april tegelijk ontzettend onvoorspelbaar.
Waar we aan het begin van de maand heerlijk buiten leefden: barbecueden, mijn verjaardags-high tea buiten hielden en de zomerkleding tevoorschijn kwam, sloeg het weer opeens  om.
Het vroor en het hagelde.
En voor sommige struiken en bomen, die in de winter hier goed tegen kunnen, kan dit nu funest zijn.
Door de sapstromen in de takken, die uitlopen in tere blaadjes en bloesems, kan een boom nu flink beschadigen. Of een oogst kan vernietigd worden.....
Ik heb het zelf niet geprobeerd, maar las deze tip van de week:
Je kunt bloesems beschermen door ze 's avonds, bij kans op nachtvorst, te vernevelen met water en een plantenspuit.
Dit dunne waterlaagje zal de bloesems beschermen. Dit kan ook bij de aarde rondom de boom: flink natmaken! Het vocht houdt de temperatuur vast en daardoor blijft het warmer.


Toen ik in de tuin aan het werk was, was een warm soepje wel fijn.
Ik maakte een eenvoudige picknick klaar.
Een theelepel zelfgemaakte bouillonpoeder, wat fijngesneden spinazieblaadjes uit de tuin...... lekkerrrr!

Nog even wat over zaaien.
Zaaien in de moestuin kun je op twee manieren doen.
Breedwerpig oftewel op een zaaibed, òf op regels.
Regels zijn rechte rijen die je het makkelijkst afmeet met touw.



Je maakt het touw vast aan twee haken of stokjes.
Vervolgens zet je aan de ene kant van je stuk tuin een stok en aan de andere kant. Het touw maakt een rechte regel.
Hierlangs kun je nu gemakkelijk met een schrepel of schepje de grond losmaken en een richel vormen.

Vervolgens zaai je hierin en dek je de regel weer toe.
Plantstokjes erbij en je weet waar je wat gezaaid hebt.
Ik vergeet het wel eens, maar het grote voordeel van netjes op regels zaaien, is dat je straks tussen de regels door, prima het onkruid kunt verwijderen.
Op een zaaibed is dit veel moeilijker; zeker in het begin is het verschil tussen onkruid en een gewenst plantje, moeilijk te zien.
Dus moeten ze samen opgroeien en wordt het onkruid groter en sterker voordat je het kan verwijderen. En dat wordt dus ook moeilijker.
Ik werd vorige maand opeens voor 'vieze tuinder' uitgemaakt.
Het onkruid bijhouden op deze manier, maakt het makkelijker voor jezelf.

In de kindertuintjes wordt ook hard gewerkt.
Slaplantjes die ik over heb, worden geplant, munt en aardbeienplantjes staan er inmiddels.
Wel gezellig. De slaplantjes krijgen een vogelverschrikker erbij.
Met behulp van oude cd's is dit in een wip gebeurd.
Doordat het (zon)licht erop schijnt en ze aan een touwtje heen en weer draaien, geeft het een spiegeleffect.
Dit  felle licht schrikt vogels af.

Ook de schooltuinlessen waren weer gaaf.
Heerlijk om al die enthousiaste kinderen te zien.
Ze willen zo graag meehelpen.
In hun eigen tuintje, maar ook met onkruid weghalen, met vegen en allerhande werkzaamheden. Deze maand moest een nieuwe bak in gebruik worden genomen.
Ik had aarde besteld en dat moest daarheen gekruid worden.

Met één kruiwagen.

Uiteindelijk hebben nu alle kinderen uit groep vijf een tuintje. Per vier kinderen is er één bak als tuin.
En in alle tuintjes staat inmiddels:
  • 2 aardappels
  • 4 uien
  • 2 sjalotten
  • 1 knoflook
  • 4 slaplantjes
Hebben ze hard gewerkt of niet?
Het is nu vakantie en hopelijk groeit het goed.
Een groot nadeel van deze schooltuin is, dat het openbaar gebied is. De tuin mag niet worden afgesloten en dat betekent dat buurtbewoners er mogen rondlopen. Maar ook dat kinderen uit de buurt uit baldadigheid plantjes kunnen beschadigen of zelfs groentes kunnen wegnemen of oogsten.
Aan mij de taak om ook met het kiezen van de soort gewassen hier rekening mee te houden. Dus ik laat geen prachtige pompoenen, sappige courgettes en mooie tomaten in de tuin zetten. Nee, wat ondergronds groeit of niet zo duidelijk waarde heeft, blijft wel staan en gaan we zelf oogsten.
De voorgezaaide plantjes: andijvie en rode bietjes, zijn met een paar kinderen mee naar huis gegaan om ook in de vakantie goed verzorgd te worden.
Na de vakantie kunnen die dan worden geplant.
Tuinieren kost tijd en geduld. Wat waardevol om kinderen dit nu al te leren.
Zodat ze leren hoe iets groeit en hoe lekker verse groente smaakt.


In het midden is een stukje tuin over en daar plant ik rabarber.
Ik had zelf een wortelstok afgebroken (gescheurd) en die loopt weer uit.
Met rabarber kun je veel doen: taart bakken, limonade maken, ijsjes maken..... leuk voor de kinderen.








En wat werd ik blij verrast door een tuinminnende schooltuinouder.
Ik kreeg zomaar een bosje daslook cadeau.
Heerlijk!
Als je meer wilt weten over daslook, maar ook mijn grote vergissing toen ik mezelf bijna vergiftigde, kun je deze blog lezen. Als ik het terug lees, is het toch wel hilarisch!

 
Ik sluit af met een knieval.
Heerlijk, deze lentemaand en al die uren die ik buiten kan doorbrengen.
Zeker met dit vrolijke kniekussentje, wat ik ook voor m'n verjaardag kreeg.
Geniet van de lente!!